Nederlandse Enid Blyton Homepagina - Enid's werk en de kritieken


Geschreven door: Cees S.




Wanneer je de ontelbare artikelen leest, die geschreven zijn over Enid Blyton's werk, is het eerste wat opvalt de afkeurende toon die gebruikt wordt.
Vrijwel iedere jeugdliteratuur-criticus is van mening dat haar boeken didaktisch gezien minderwaardige leesstof zijn voor kinderen, "Trivial-Literatur". zoals men dat bij onze oosterburen zo mooi zegt. En pedagogen vragen zich telkens weer af of een kind met het lezen van een Blyton veel verder komt in zijn ontwikkeling naar een zelfstandig en rationeel mens.
Er zijn ook heel wat opmerkingen te maken over de avontuurlijke verhalen die ze schreef. Maar er zijn ook goede kanten aan haar werk. Dit artikel is niet bedoeld om af te keuren of goed te praten, maar als opsomming van citaten uit kritieken, als overzicht van de verschillende meningen. De lezer en liefhebber van Blyton's boeken kan dan zelf opmaken welke waarde hij of zij hecht aan de opmerkingen.
Enid's eigen mening over alle kritieken was heel eenvoudig en geeft meteen weer wat haar drijfveer was: "Ik trek me alleen iets aan van kritiek van mensen jonger dan twaalf jaar".

Allereerst laten we Blyton zelf aan het woord over de achtergrond van haar werk:
"Ik schrijf niet alleen om te vermaken, zoals de meeste volwassen schrijvers volkomen gerechtvaardigd doen. Mijn publiek bezit geen volgroeide geest - wat tegen hen in boeken wordt gezegd, zijn ze geneigd te geloven en te volgen. Want ze zijn lichtgelovig en nog onvolwassen. Daarom ben ik zowel een leraar en een gids, als iemand die ontspanning brengt. Mijn lezers ervaren in mijn boeken een gevoel van veiligheid, een anker, een zeker weten dat goed altijd goed is, en dat zoiets als moed en vriendelijkheid verdienen nagestreefd te worden."
Dit citaat komt uit het blad 'Tikker' uit 1979, en verderop in het artikel vinden we:
"Zoals uit haar eigen woorden blijkt, wil Enid in haar verhalen geen dingen die kinderen in verwarring zouden kunnen brengen of wellicht pijn zouden kunnen doen. Hoofdfiguren in haar verhalen zijn altijd een aantal vrienden uit de gegoede middenklasse (dienstmeisjes en zelfs gouvernantes zijn heel gewoon). Ze hebben vaste opvattingen over wat hoort en wat niet hoort en bijvoorbeeld over hoe een jongen en hoe een meisje zich dienen te gedragen. In de avonturen die ze beleven worden ze vaak geconfronteerd met 'slechte' mensen, altijd van lagere komaf: zwervers, Duitsers of Russen en in het ergste geval met negers. Met die 'slechten' kunnen twee dingen gebeuren: of ze worden uitgeschakeld, of ze moeten worden als zij. De hoofdgroep zelf verandert nooit. Twijfel en onzekerheid over hun eigen gedrag is ondenkbaar."

Wat hier bedoeld wordt, is dat Blyton's opvatting over opvoeding (kinderen constant het goede voorbeeld geven en mensen die het nooit leren flink straffen) erg twijfelachtig is en toch zeker in deze moderne tijd niet meer door de beugel kan. In deze moderne tijd! Maar we moeten niet vergeten dat haar boeken gemiddeld vijftig jaar geleden geschreven werden. In de vijftiger jaren was de omgang van de volwassene met het kind heel anders dan nu: de volwassene praatte TEGEN het kind terwijl momenteel veel meer MET het kind gepraat wordt.
Meerten Welleman heeft het daarover in zijn boek 'Dag lieve kijkbuiskinderen' over de geschiedenis van de jeugdprogramma's op radio en tv: in een programma als 'Het Radio-Prentenboek' (50er jaren) zaten ontelbare onderwerpen die bedoeld waren om te leren of te waarschuwen: de uitleg van een spelletje dat een luisteraartje zelf had uitgevonden, na een liedje over fietsen meteen de opmerking dat je toch zeker moet uitkijken op straat etc. In die tijd was dat heel gewoon en het is de vraag of je Enid Blyton nú kwalijk kan nemen, dat ze er tóen zo over dacht.

Hoe ze haar denkbeeld in haar boeken verwerkt, kunnen we op veel plaatsen nalezen.
In een naslagwerk vinden we onder het hoofdstukje 'Blyton, Enid' de volgende, korte en treffende omschrijving van haar werkwijze, met als voorbeeld de 'Famous Five'-boeken:
"Dat ze met haar goed lopende verhalen zoveel succes had (en heeft) is gemakkelijk te verklaren. Haar figuren voldoen aan stereotiepe eigenschappen als ridderlijkheid, altruïsme en stoicisme die tot ieders verbeelding spreken. Deze werkt zij op simpele wijze uit: de helden zijn jong en ondernemend, ouders zijn altijd afwezig, alle verhaalfiguren gedragen zich rolbevestigend en soms zelfs sjabloonachtig. Boeven herken je gemakkelijk aan hun uiterlijk en vieze zigeunerkinderen zijn De Vijf bijzonder vaak van dienst. De verhalen zijn gelardeerd met traditionele spanningselementen als geheime tunnels, verborgen schatten, vals geld en verdovende middelen. Het toeval speelt een belangrijke rol en de afloop is altijd goed.
Verhalen met zulke ingredienten komen tegemoet aan verlangens van kinderen die dromen van spannende avonturen en het verrichten van heldendaden.
"

Het rolbevestigende in de boeken heeft de laatste decennia zwaar onder vuur gelegen en ook het racistische en discriminerende. De uitgeverijen hebben daar toch wel wat aan proberen te doen. Hans Hoekstra schrijft in een artikel in het Parool in 1992:
"Alle deeltjes van Enid Blytons bestseller over 'The Famous Five', in ons land bekend als 'De Vijf' worden nu, vijftig jaar na verschijning, opnieuw uitgebracht in Engeland. Maar dan wel in een 'hedendaagse' versie, waarin 'Dingen die meisjes hoorden te doen' is veranderd in 'Dingen die Anne graag deed'."
En wat betreft de Nederlandse vertaling van de boeken lezen we verderop in dit artikel de mening van uitgeverij Becht:
"Plannen om de vertaling aan te passen zijn er volgens redactrice Clara Hillen niet. Dat is dan ook niet gebeurd met de dikke bundel met de eerste vijf deeltjes die deze maand uitkwam. Hillen kan zich de overwegingen van de Britse uitgeverij wel voorstellen: 'Sommige dingen kunnen eigenlijk niet meer met goed fatsoen. Zigeuners worden afgeschilderd als onbetrouwbaar en leugenachtig. Er zitten in al die boeken nogal wat vooroordeligere uitspraken, al heb ik de indruk dat die in de Nederlandse vertaling van toen al enigszins waren afgezwakt. Het is al lang geleden dat ik de serie heb herlezen, maar in mijn herinnering was het ook weer niet dermate schandalig. De tekst aanpassen vind ik een behoorlijk ingrijpende beslissing. Ik vind eigenlijk dat je een dode auteur in haar waarde moet laten. Die teksten horen bij een bepaalde tijd en context'."
Die mening hebben overigens ook de makers van de nieuwe tv-serie 'Famous Five' gehad.
De nieuwe serie speelt in de vroege jaren vijftig, wat de oorspronkelijke sfeer van de boeken goed benadert. De eerste tv-serie, uit 1977/78, is geplaatst in de jaren zeventig, en geeft de sfeer van de boeken weer zoals ze er in die jaren uitzagen (vooral dankzij de tekeningen van Jean Sidobre). (Zie de afbeelding hieronder: links Julian en George in 1950, rechts in 1975).


Over discriminatie en racisme in Enid's boeken lezen we wat verderop in hetzelfde artikel van Hoekstra:
"Men verweet haar dat de helden in haar boeken altijd tot de middle-class behoorden en zich nogal onverdraagzaam opstelden tegenover mensen uit een lagere sociale klasse of van een andere nationaliteit. Vooral tegen de in Engeland zeer populaire Noddy-serie, waarin de avonturen van een kabouter in speelgoedland worden beschreven, werd in de jaren vijftig, zestig campagne gevoerd. Blytons opvoering van de zwarte Golliwogs als boeven zou racistische trekjes hebben."
En over Noddy, en dan speciaal over de oorspronkelijke illustraties van Eelco Harmsen Ter Beek, lezen we nog wat interessante zaken in een artikel van Aukje Holtrop in 1990:
"Het verzet tegen Blytons maatschappelijke opstelling via haar speelgoeddieren en poppen heeft nu, in 1990, een buitengewoon vervolg gekregen. MacDonald gaat vele delen Noddy's opnieuw uitgeven, maar heeft de tekst en illustraties bijgesteld, 'opgedateerd'. Er is een mevrouw Stella Maidment, volgens de Daily Mail een moeder van twee kinderen - maar daar kan het niet op vast zitten - die de tekst heeft gemoderniseerd, en de kunstenares Mary Cooper die de illustraties heeft gereviseerd.
Het resultaat, zegt de uitgeverij, zijn Noddy's die de warmte en charme van Enid Blytons originelen bewaren,met een nieuwe nadruk op veranderingen in de hedendaagse samenleving en de smaken van modern lezersschap. Het klinkt allemaal wat stijf in vertaling, maar zulke zinnen kunnen niet letterlijk genoeg vertaald worden.
De kunstenares Mary Cooper blijkt volgens het uitgeversbericht vooral de nadruk te hebben gelegd op de non-seksistische, multiculturele samenleving van vandaag de dag. Als we de nieuwe teksten even laten voor wat ze zijn, en de plaatjes van 'Beek' zien, valt onmiddellijk op dat de rafelbollen, de golliwogs, de stoute poppen met hun grijnslachen die zo'n prominente rol in de verhaaltjes speelden, weg zijn. Geen Robbie Rafelbol die het aapje op zijn staart trapt (met als excuus: 'Het aapje deed zelf zijn staartje onder mijn schoen'), geen rafelbollen die het autootje van Noddy en zijn schoenen in het bos stelen, geen lachende, uitbundige rafelbollen in het kringetje bosvriendjes. Op de laatste twee bladzijden van de Noddy-boekjes, waarop een speelgoedtrein te zien was in een landschap met allemaal poppen en beesten uit de verhaaltjes, is Robbie Rafelbol vervangen door een soort Gouds kaasboertje, een beetje dommig boertje, wat weer heel kwetsend voor boeren kan zijn. Houding en vorm van de kledingstukken van de pop zijn hetzelfde gebleven: alleen het zwarte gezicht met de rafelige kroesharen is vervangen door een dikke kop met een soort bolhoedje.
"
Zie de afbeeldingen hieronder: links de oorspronkelijke, rechts de 'nieuwe' illustraties.



De schrijver vraagt zich verderop af of dat wel zomaar mag? Is het dan nog wel een tekening van 'Beek'?? Zij komt tot de slotsom dat je niet zomaar in tekeningen en tekst mag veranderen, ook al heb je alle copyrights in handen.

Niet alleen moreel en pedagogisch was (en is) er veel kritiek, ook didaktisch was er nogal wat aan te merken. De woordenschat zou te klein zijn, de boeken zouden te gemakkelijk te lezen zijn, zodat kinderen 'lui' werden en nooit moeilijkere boeken zouden gaan lezen.
De kritiek op de Blyton-boeken werd zo hevig dat een onderwijzersbond in de zestiger jaren boze brieven stuurde naar de media om te waarschuwen tegen de verderfelijke invloed ervan. Het gevolg was dat, vooral in Engeland en Australië, de boeken uit de (jeugd-)bibliotheken werden verwijderd. En het gevolg daarvan was weer dat de jeugd, die tóch Enid Blytons wilde lezen, massaal naar de boekhandel stapte en de boeken begon te kopen. En die verkoop is gebleven, ja zelfs sterk gestegen. Geschat wordt dat er jaarlijks wereldwijd zo'n acht miljoen Blyton-boeken worden verkocht, waarvan de helft in Groot-Brittanië.

De laatste jaren is er toch wat meer waardering gekomen voor Blyton's werk. Kinderen die helemaal niet graag lezen, raken in de ban van haar boeken en lezen ademloos; om het leesproces te automatiseren kunnen (gedoseerd) Blyton-boeken, op lees-niveau gerangschikt, goed gebruikt worden.
Sheila Ray beveelt in een artikel uit 1982 zelfs het volgende aan:
"Ik vind het een nuttige oefening voor iedereen die te maken heeft met het leesproces van kinderen een korte cursus te doen met Blyton's werk (één 'Secret Seven', één "Famous Five', één 'Adventure', één 'Mallory Towers', 'The Enchanted Wood', 'The Secret Island' en 'Mr. Galliano's Circus') om die karakters te identificeren die haar werk zo populair maken. Op die manier krijg je meer inzicht in welke boeken kinderen werkelijk leuk zullen vinden en welke series ze het beste kunnen lezen."
Het is niet bewezen, het is zelfs helemaal niet waar, dat kinderen die in hun jeugd Blyton-boeken lezen, later niets anders meer lezen en zich meer racistisch of discriminerend gedragen dan andere kinderen. Het is wel bewezen, dat kinderen vanzelf stoppen met 'Blyton-lezen' wanneer zij daar in hun groei- en ontwikkelingsproces aan toe zijn.
Men heeft lang gedacht dat alleen kinderen uit de gegoede middenklasse Blyton's boeken lezen; dat is echter niet zo. Kinderen uit alle lagen van de bevolking waren en zijn Blyton-fan. Er wordt zelfs beweerd dat er vrijwel geen mensen zijn die nog nooit een Blyton hebben gelezen. Dat zou best eens kunnen, gezien de enorme produktie en verspreiding van haar werk. Dat wordt ook gezien als reden waarom kinderen veel Blytons lazen en lezen: vaak worden de boeken 'in een adem' uitgelezen en kinderen hoeven niet (zoals vaak bij andere auteurs) een jaar of langer te wachten tot het volgende deel uitkomt. Nee, ze kunnen meteen doorlezen in het volgende boek...
Alleen in Amerika is Enid Blyton nauwelijks bekend. Toch zijn er wel pogingen ondernomen om ook die markt te veroveren ('Noddy goes West'), maar Blyton's fictieve wereld blijkt er niet aan te slaan. De cultuur is er daar blijkbaar niet ontvankelijk voor.

En dan is er nog de persoon Enid Blyton met haar enorme trauma. Wat vinden we daarvan terug in haar werk?
In een artikel in Tikker uit 1979 vinden we een beschrijving van een van de talloze stille verwijzingen naar haar onverwerkte jeugd-leed. Het gaat over het zigeunermeisje Jo, dat in 'De Vijf op Avontuur' het vijftal zo goed van dienst is. En dan is er de 'goede afloop' van het avontuur:
"Jo's vader stoppen ze in de gevangenis. 'Het kan me niks schelen,' zegt Jo. 'Ik ben er beter aan toe zonder hem.' Jo zal voor de rest van haar leven haar vader verdringen, zoals Enid dat deed."
Dat is een mooi voorbeeld van de rol van ouders en volwassenen in haar boeken. In de meeste boeken worden ouders weggewerkt. Volwassenen doen nauwelijks mee aan de oplossing van het mysterie. Volwassenen zijn goed genoeg om te helpen met het verstrekken van informatie omtrent het mysterie en om de kinderen naar de plaats van avontuur te brengen en na het avontuur de helden een schouderklopje te geven.
In de ogen van een kind is dat natuurlijk heerlijk: de meest exacte kinderdroom. En meestal blijft daar op latere leeftijd nog wel iets van hangen in de vorm van een nostalgisch, vaag verlangen....
En daar zit nu het hele geheim van Enid's succes: ze dacht als een kind, ze schreef als een kind. Geen wonder dat ze kinderen aanspreekt!
Alle verhalen zijn geschreven vanuit de ogen van een kind, van de held: altijd positief, zonnig en in een omgeving die is aangepast aan de kinderdroom. Nare mensen komen wel voor, maar zich verdiepen in de reden van dat nare gedrag zal nooit gebeuren. Nare mensen zijn er alleen maar om overwonnen te worden.
Enid bleef haar leven lang, tot haar dood in 1968, een kind.

Na het lezen van het bovenstaande zul je waarschijnlijk met andere ogen je favoriete Blyton-boeken lezen. Maar het betekent natuurlijk niet dat je geen Blytons meer mag lezen!
Doe met deze informatie wat je zelf wil. Wat mezelf betreft: ik beschouw Enid's boeken als prententieloos amusement met in het achterhoofd de persoon Blyton en de omstandigheden en de tijd waarin haar boeken ontstonden: het scheppen van de ideale kinderdroom door een kind dat daar in haar tijd net zoveel plezier aan beleefde als de lezer nu.
Want, zoals George Greenfield in zijn biografie de woorden van professor Fred Inglis citeert:
"We moeten ons niet te veel bezig houden met de vraag of Blyton racistisch en seksistisch was. Boeken zijn er om je gelukkig te maken. En in mijn herinnering maakte Enid Blyton mij gelukkig. En die gedachten moeten we koesteren."


Geraadpleegde bronnen:
*Enid Blyton: een vriendin van de kinderen, maar grote mensen doen alsof zij lucht is. Uit Tikker nr. 2.3, 1979.
*H.Hoekstra, Wat meisjes hoorden te doen. Uit Het Parool 3-10-1992.
*A.Holtrop, Een golliwog is niet van steen. Uit Vrij Nederland 15-9-1990.
*A. Wright, Een deur naar een volmaakte wereld. Uit Tijdschrift overliteratuur van vrouwen, jrg. 4 (1990), nr. 3. (vertaling: M. Vooren)
*S. Ray, The Blyton Phenomenon. Uit Books for Keeps 1982, nr. 5.
G. Greenfield, Enid Blyton. Sutton 1998.

Alle met een * gemerkte artikelen zijn terug te vinden in de NBLC-documentatiemap over Enid Blyton, die je kunt vinden in de Openbare Bibliotheek.



Terug naar beginpagina
Anno 1999
Pages created by nanny